Welkom bij  dorpswebsite Abbenes.net!!


Geschiedenis :


De geschiedenis van het dorp.

Abbenes is een plaatsje in het zuiden van de Haarlemmermeer. Vroeger was Abbenes evenals Beynsdorp en Vennip een eilandje in het Groote Haarlemmermeer, dat eigenlijk een samensmelting was van vier meren. Het eiland werd begrensd door het Kaagermeer en het Leydse Meer. Het eiland brokkelde in de loop der jaren echter steeds meer af, waardoor het vlak voor de droogmaking van het meer in 1850 niet meer bewoond was. De oppervlakte bedroeg toen nog ongeveer 40 ha. De oppervlakte van het meer 16.850 ha! En dat was nu net het probleem. Hoewel het Haarlemmermeer een belangrijke handelsroute was en groot visserijgebied, werd het ook een bedreiging voor de steden Amsterdam en Leiden. Na eeuwenlang plannen maken wordt eindelijk besloten het meer droog te maken.

In 1840 gaat de eerste schop de grond in om de ringdijk rond het Haarlemmermeer te graven, in 1843 begint men aan de bouw van het eerste gemaal, de Leeghwater bij De Kaag. In vijf jaar tijd hebben duizenden arbeiders de gehele ringdijk gegraven en dit alles met spade en schep! In 1845 wordt de Leeghwater, hypermodern voor die tijd,  in werking gesteld om het Haarlemmermeer droog te malen. De gemalen Cruquius en Lijnden volgen na enkele jaren. Op 1 juli 1852 is het Haarlemmermeer droog en eind 1852 is eveneens met de hand de Hoofdvaart gegraven. Die kaarsrecht is, maar alléén bij Abbenes een bocht heeft! De uitleg die daaraan wordt gegeven is dat men niet helemaal recht uit kwam voor het gemaal, maar ook dat het de kortste route was door het eiland Abbenes heen.

Abbenes dankt zijn naam aan "Het nes van de abt". Met het "nes" wordt bedoeld de natte en drassige landtong. "Abt" komt van abdij. Abbenes behoorde in die tijd aan de abdij Leeuwenhorst onder Noordwijkerhout.

Meester Pieter Boekel wordt in 1860 overgeplaatst naar de school in Abbenes. Deze school bestond uit een oude tochtige schuur. Hij werd de eerste onderwijzer van Abbenes.

Meester Pieter Boekel en zijn echtgenote Neeltje Borreman

Meester Pieter Boekel en zijn echtgenote Neeltje Borreman

In 1868 omschrijft hij het dorp Abbenes:

"Waar vroeger alles woest en ledig was en de stilte des doods heerschte, ziet ge thans terzijde van de school de achter el­kaar volgende rijen, of de hier en daar verspreide, wel getim­merde tot een deel zelfs sierlijke steenen en houten arbeiders­woningen van de 25 huisgezinnen die bij Dr. Heije in dagloon werken, of door kleine winkel­nering zich en de overige bevolking gerieven. Verder op Abbenes is de veenderij in vollen gang en verdient menig arbeider ruim­schoots zijn dagelijks brood door het ver­werken der onschatbare brandstof tot turf..."

Meester Boekel geeft niet alleen de kinderen van Abbenes les, maar hij beheert ook de bibliotheek, voor jong en oud, leent zelfs zijn eigen boeken uit. Tevens houdt hij de financiële gegevens van de Schoolspaarbank bij, opgericht door Heije, maar uitgevoerd door Meester Boekel. Zo probeerde ook hij de eerste jaren na de droogmaking de arme hardwerkende bevolking van Abbenes te helpen.

Deze ontwikkeling van Abbenes leidde er toe dat in Abbenes naast de in 1869 gereedgekomen kerk, waarvoor Jan Pieter Heije de grond ter beschikking heeft gesteld en meester Boekel een geschiedenisboek over de Haarlemmermeer (het eerste !!) heeft geschreven om de kosten te dekken, ook een pastorie kon worden gebouwd. In 1873 bericht Boekel ons dat 

"Abbenes met den dag in tal van woningen, neringen en bedrijven toeneemt".

Omstreeks 1970 ondergaat Abbenes een grote verandering. Er wordt driftig gebouwd; nieuwe huizen verrijzen aan de Cornelia Sophialaan en in de nieuwe wijk "Tonnekamp",  genoemd naar de boerderij "Tonnekamp”. Met deze uitbreiding neemt het aantal woningen in Abbenes fors toe.

De structuur van de bevolking verandert vrij plotseling; van een overwegend agrarisch dorpje naar een klein forensendorp met ca. 1.100 inwoners. Het kost enige tijd voordat "oude" en "nieuwe" bewoners elkaar gevonden hebben, maar na de gewenningsperiode worden de handen eendrachtig ineen geslagen. Abbenes heeft een rijk verenigingsleven en daarbij mag een voetbalvereniging niet ontbreken:  SV Abbenes wordt opgericht.

Ook komt er aan het Langerak een nieuwe school voor Algemeen Christelijk Onderwijs,   De Tonne. De voormalig christelijke school wordt dorpshuis en de openbare school naast de kerk brandt af. In de tachtiger jaren was De Tonne door alle nieuwbouw druk bezocht, daarna is het leerlingenaantal sterk terug gelopen, maar de laatste jaren heeft De Tonne ook een kinderopvang, Babino, en loopt het leerlingaantal weer gestaag op.

Dr. Jan Pieter Heije

Dr. Jan Pieter Heije

In verhouding tot andere dorpen in de Haarlemmermeer heeft Abbenes een rijke historie, wat vooral komt door de bemoeienissen van Jan Pieter Heije, een nationaal volksdichter. Velen zullen zijn liedjes als ‘Er zaten zeven kikkertjes’, ‘De Zilvervloot’, ‘Het karretje op de zandweg’, ‘In het groene dal, in het stille dal’ (De kleinste) nog kennen. Zijn 'Zie de maan schijnt door de bomen' is nog steeds actueel en 'De Zilvervloot' werd door André Rieu verwerkt in de Kroningswals in 2013. Jan Pieter Heije was afgestudeerd als arts, maar heeft zich later op het literaire gebied toegelegd.

Hij zat in allerlei landelijke commissies en was sociaal zeer bewogen. Zo trok hij zich ook het lot van de arme Abbenesser bevolking aan en heeft veel gedaan om de leefomstandigheden en het opleidingsniveau van de mensen te verbeteren. Zo richtte hij de Schoolspaarbank op, waarbij wekelijks geld werd ingelegd en Heije een extra bedrag stortte bij trouw schoolbezoek en goed gedrag. Zo stimuleerde hij dat de kinderen ook ècht naar school kwamen. Ook zette hij een bibliotheek op, één van de eersten van het land, voor de schoolkinderen maar ook voor volwassenen.

Jan Pieter Heije is naar zijn uitdrukkelijke wens in Abbenes begraven. Zijn graftombe is een gemeentelijk monument, dat nog jaarlijks  op zijn geboortedag wordt bezocht door de schoolkinderen van Abbenes.


 

Opbellen
E-mail
Info