Passage 16 maart 2016 mevrouw Corrie Swinkels met antiek textiel
De Passage probeert steeds een interessante en informatieve avond te organiseren voor haar leden. De ene keer lukt dat beter dan de andere keer, maar afgelopen woensdagavond was er eentje die wel heel bijzonder geslaagd was.
Spreker was mevrouw Corrie Swinkels, die textiel restaurateur is en een enórme verzameling heeft van handwerken, ze heeft er zelfs een museum van op haar eigen zolder. Was dit een avond over kruis- en platsteken, smokken, kantklossen etc (waar uw reporter geen verstand van heeft)? Ja, dat kwam uiteraard wel aan de orde. Maar de verhalen áchter de handwerkjes, die op humoristische wijze door Swinkels werden gebracht, maakten de avond buitengewoon interessant.
Ze begon haar carrière in de jaren 60-70 als textiel restaurateur bij het Rijksmuseum in Amsterdam. Daar restaureerden ze wandkleden, maar ook werd werk verricht voor andere musea of het Koninklijk Huis. Zo kreeg zij opdracht de kantverzameling van Koningin Emma te inventariseren. Daar is zij máanden mee bezig geweest. Alle stukken werden gefotografeerd, opgemeten, beschreven en indien nodig gerestaureerd. Zo ook de kanten doopjurk waar later Amalia in is gedoopt. Van deze collectie is een duimdikke catalogus gemaakt.
In die jaren werkten er ruim 10 mensen op het atelier en werden textielstukken minutieus gerestaureerd. Ga maar eens een zijden jurkje draadje voor draadje opnieuw maken. De verhalen werden ondersteund door dia’s, vertoond door manlief. Frustrerend was wel dat na maanden of soms jaren van restaureren, de prachtige stukken gingen naar….jawel, het depot.
Ook moest zij eens de mantel van Koning Willem III restaureren. Dat was een kort dik mannetje, de mantel was dus heel breed. Hij was gevoerd geweest met watten, die moesten worden vervangen. Waar vind je zo’n groot stuk watten uit één stuk? Corrie op de fiets naar de verbandfabriek in Amsterdam. Het woord ‘Rijksmuseum’ werd daar meteen geassocieerd met de Nachtwacht, Corrie kreeg de watten gratis. De mantel was weer prachtig en ging, uiteraard, naar het depot.
Corry had ook zo haar adresjes voor gouddraad en alle bijzondere soorten garen. Hup, op de fiets naar de Albert Cuyp of winkeltjes daar in de buurt, en ze konden in het atelier weer verder. Dát was nog eens bezuinigen!
Na haar werk bij het Rijksmuseum kroop het bloed toch waar het niet gaan kon. Ook thuis repareerde en restaureerde zij textiel en ze kréég ook heel veel textiel. Ze heeft een compleet museum in haar woning met allerlei bijzondere stukken. Zo werd haar ook eens gevraagd om een vaandel van een vereniging in Lisse te restaureren. Ze vindt dat heel leuk werk, dus ja, dat wilde ze wel doen. Er was een budget van € 100. Dat bedrag was ze kwijt aan materiaal en zelfs meer dan dat. Het restaureren was een uitdaging en het resultaat was werkelijk prachtig, maar het kostte haar wel 400 uur!
Zo vertelde zij ook van een directrice van een nijverheidsschool zakken vól met handwerken te hebben gekregen. Na deze stuk voor stuk te hebben gewassen, gespoeld (er mogen geen zeepresten meer inzitten) en gesorteerd, maakte zij van deze losse werkjes een soort compositie op een groter stuk stof, zodat e.e.a. beter tot zijn recht komt. Zij kreeg hiervoor dan, je bent directrice of niet, een cijfer. De directrice was streng, Corrie kreeg nooit hoger dan een 7!
Zij showde de aanwezige dames ook een lange lap van 10 meter en werd doorgegeven, gemaakt door een non in 1916. Werkelijke álle handwerksteken en -technieken staan op deze lap. Ook kwamen er nog merklappen voorbij met bekende namen of heel oude jaartallen.
Geweldig dat dit alles zo mooi bewaard blijft en ook tentoongesteld wordt, zodat velen van deze kunstwerkjes kunnen genieten. Mevrouw Swinkels vindt het jammer dat er tegenwoordig in het Rijksmuseum alleen maar aandacht voor (vooral hele dure) schilderijen lijkt te zijn, terwijl er zulk mooi antiek textiel in het depot ligt. Gelukkig gaat dit moois in ieder geval niet verloren!